- Een zogenoemd ‘jaarurennormcontract’ kan een aantrekkelijke optie zijn voor werkgevers, zegt arbeidsrechtexpert Petra Kroon in een bijdrage voor HR Praktijk.
- Deze opkomende contractvorm biedt de flexibiliteit van een oproepcontract zonder alle juridische haken en ogen.
- Toch zijn er wat risico’s voor werkgevers, legt Kroon uit.
- Lees ook: In deze sectoren hechten werknemers het meest aan vast arbeidscontract: juristen op 1
De flexibiliteit van een oproepcontract zonder alle juridische haken en ogen, dat is wat het zogenoemde ‘jaarurennormcontract’ werkgevers biedt, zegt arbeidsrechtexpert Petra Kroon in een bijdrage voor HR Praktijk.
Bij deze opkomende contractvorm is sprake van een bepaald aantal te werken uren op jaarbasis. De uren worden flexibel gewerkt na het oproepen of inroosteren van de werknemer, die maandelijks wordt uitbetaald.
Toch zijn er wat risico’s voor werkgevers. Zo komen eventuele minuren voor hun rekening. Ook kan de werknemer na 26 weken dienstverband vragen om meer voorspelbare werktijden, op basis van de Wet transparante en voorspelbare arbeidsvoorwaarden.